De naam ‘robijn’ is afgeleid van het Latijnse woord ‘ruber’, dat staat voor de kleur rood. Terwijl vele rode edelstenen voordat de wetenschappelijke gemmologie zich vanaf de 18e eeuw ontwikkelde ‘robijn’ werden genoemd, werden de robijn, granaat, spinel en andere rode edelstenen eerst geschaard onder het begrip ‘carbunculus’, wat ‘kleine steenkool’ betekent in het Latijn. De Grieken kenden deze edelstenen als ‘anthrax’ (gloeiende kolen), vanwege hun prachtige dieprode kleur, die leek op die van gloeiende kolen, wanneer ze tegen de zon werden gehouden.
CHEMISCHE SAMENSTELLING VAN ROBIJN
Net als de saffier is de robijn een kleurvariëteit van het mineraal korund (een kristallijne aluminiumoxide), dat zijn naam ontleent aan het Sanskriet voor robijnen en saffieren, ‘kuruvinda’. Allochromatische, dat wil zeggen gekleurde edelstenen van dit mineraal krijgen hun kleuren door chroom, ijzer en titanium – de robijn wordt meestal gekleurd door chroom. Bruine tinten ontstaan door ijzer. Saffieren hebben soms ook wonderschone rode en oranje tinten (avondroodsaffier bijvoorbeeld), maar deze kleurtinten behoren niet tot het kleurenspectrum waaronder de robijn wordt geschaard. Korunden die bepaalde rode tinten hebben, noemen we robijnen. Maar zelfs de zuiverste robijn is slechts voor 80 procent puur rood en heeft ook secundaire oranje, roze, lila of violette tinten.
HERKOMST
Robijnen uit Sri Lanka zouden al zo vroeg als 480 v. Chr. zijn gebruikt door de Grieken en Romeinen. Sri Lanka is daarmee een van de oudste bekende afzettingen. De klassieke oorsprong van robijn bevindt zich echter in de Mogok-vallei in het noorden van Centraal-Birma. Tegenwoordig wordt er ook robijn gewonnen in de Mong Hsu-mijn in het noordoosten van Birma. Dit land, dat vanwege de klassieke kleur en doorzichtigheid van zijn robijnen nog steeds wordt gezien als een van ’s werelds beste, zo niet de beste, bronnen voor robijnen, is zo nauw verbonden met robijnen dat ‘Heer der Robijnen’ een van de titels van de koningen van Birma was. Andere bronnen voor robijnen zijn Afghanistan, China, India, Cambodja, Kenia, Madagaskar, Mozambique, Pakistan, Sri Lanka, Tanzania, Thailand en Vietnam.
GESCHIEDENIS VAN ROBIJN
De geboortesteen van de maand juli, ook bekend als ‘ratnaraj’, de koning van de edelstenen, belichaamt hartstocht, liefde en romantiek. Van oudsher gaat deze steen ook gepaard met talrijke mythes. Zo zagen de Indiërs uit de oudheid in de robijn een onvergankelijk innerlijk vuur dat kon zorgen voor een lang leven. Afgezien van het feit dat ze geluk in het spel zouden brengen, geloofde men in de middeleeuwen dat robijnen – net als vele andere edelstenen – voorspellende krachten bezaten en donkerder werden als er onheil dreigde. In Birma droeg men robijnen als talisman ter bescherming tegen ziekte, ongeluk en verwondingen en stonden ze ooit bekend als ‘bloeddruppels van het hart van moeder aarde’. In de 19e eeuw schreef Ralph Waldo Emerson een gedicht waarin hij robijn omschreef als “druppels bevroren wijn uit het overlopende vat van Eden” en “harten van vrienden, voor vrienden nog onbekend”.
EIGENSCHAPPEN VAN ROBIJN
De robijn is een van de duurste en zeldzaamste van de bekende edelstenen, veel zeldzamer dan diamant. Vooral de pure rode stenen zijn zeer beperkt verkrijgbaar. Als ze ook nog zeer helder zijn, wordt een dergelijke waardevolle robijn van hoge kwaliteit dan ook aangeduid met het voorvoegsel ‘AAA’. Als een dichroïsche (tweekleurige: paarsig rood en oranjerood) of pleochroïsche edelsteen zal zelfs de ‘zuiverste’ robijn nog steeds voor slechts circa 80 procent puur rood zijn, met secundaire hinten van oranje, roze, paars en violet. Heldere robijnen zonder zichtbare insluitingen zijn zo goed als niet verkrijgbaar. Net als bij alexandriet en smaragd is chroom verantwoordelijk voor het merendeel van de insluitingen. Zowel robijnen als saffieren worden geclassificeerd als type II-edelstenen (stenen met meestal enkele kleine insluitingen die zichtbaar kunnen zijn voor het oog), maar robijnen hebben doorgaans meer insluitingen en zijn kleiner. Kleine microscopisch insluitingen (ook wel ‘zijde’ genoemd) geven sommige robijnen een ‘slaperig’ uiterlijk en vergroten de schoonheid en waarde van deze stenen.
Hoewel de robijn tot de duurste edelstenen ter wereld behoort, moeten we hierbij natuurlijk niet vergeten dat (zoals altijd) zijn kwaliteit uiteindelijk de prijs bepaalt. Voor de robijn zijn de intensiteit en puurheid van zijn kenmerkende rode kleur doorslaggevend voor zijn waarde. Het ‘pure rood’ is weliswaar de Heilige Graal voor de robijn, maar dit komt slechts zelden voor.